Een vuistregel is dat honden zo weinig mogelijk, maar zo vaak als nodig is, in bad moeten. Voor langharige honden kan het zinvol zijn om ze met enige regelmaat in bad te doen om klitten te voorkomen.

Wassen is gebruikelijk voor veel honden die om de paar maanden naar de hondenwasstraat gaan. In principe moet een bad echter alleen worden gegeven als er daadwerkelijk een bepaalde noodzaak is. Dit is onbetwistbaar als de hond in modder of uitwerpselen heeft gerold. Is de hond daarentegen alleen tijdens een wandeling een beetje vuil geworden, dan is het in de meeste gevallen niet nodig de hond te wassen.

ZELFREINIGING VAN DE VACHT VAN DE HOND

De vacht van onze honden is zelfreinigend. Het is bedekt met een zeer dun laagje vet, dat ervoor zorgt dat vuil niet gemakkelijk blijft plakken of er relatief snel weer af valt. Zodra de hond droog is en zich één of twee keer goed uitschudt valt het meeste vuil vanzelf uit de vacht. Als er nog resten in de vacht zitten, kunnen die er meestal zonder problemen worden uitgeborsteld. 

DE JUISTE SHAMPOO

Over de vraag of en hoe vaak honden in bad moeten, lopen de meningen soms sterk uiteen. Sommige mensen baden hun honden bijna elke week, terwijl anderen hun honden nooit wassen. Critici zeggen vaak dat baden de vacht beschadigt. Dit is meestal alleen het geval als de verkeerde shampoo wordt gebruikt!

Een haarshampoo voor mensen – hoe mild ook – kan de beschermende laag van de huid en de vacht van de hond wekenlang vernietigen. De reden hiervoor is het verschil in pH-waarde tussen onze huid en die van de hond. Voor ons is het ongeveer 5,5 – voor honden daarentegen is het tussen 7 en 8 (afhankelijk van het ras). Dit is een enorm verschil: zuiver water heeft een neutrale pH-waarde van 7. Alles daaronder is “zuur”, alles daarboven is alkalisch. Honden en mensen gaan in dit opzicht dus in tegengestelde richting, en daarom moet altijd een speciale hondenshampoo worden gebruikt om de hond te baden.